Vergeet Neuralink: dit bedrijf wil AI beter maken met je hersenen
:format(jpeg):background_color(fff)/https%3A%2F%2Fwww.want.nl%2Fwp-content%2Fuploads%2F2025%2F04%2Fimage001-1.v1.jpg)
Brein-technologie is populair. Neuralink is vaak het eerste wat je hoort, maar er is een subtielere technologie: pBCI.
Als je aan brein-technologie denkt, schiet waarschijnlijk meteen Neuralink te binnen, het project van Elon Musk dat hersenchips ontwikkelt. Deze technologie heeft veel aandacht getrokken, en terecht, want het idee van het verbinden van je hersenen met AI klinkt doodeng.
Maar er is een andere, veel subtielere technologie die in de schaduw van Neuralink opkomt en misschien wel veel toegankelijker is: passive Brain-Computer Interfaces, oftewel pBCI. In plaats van het inbrengen van fysieke chips in je hersenen, maakt pBCI gebruik van sensoren die je hersenactiviteit meten zonder dat je daar actief iets voor hoeft te doen. Wij leggen je uit hoe de technologie van Zander Labs precies werkt.
Waarom AI nog steeds niet echt slim is
AI lijkt vandaag de dag ontzettend veel te kunnen, maar er zit een grote beperking aan: het begrijpt de wereld niet zoals mensen dat doen. Waar wij intuïtief verbanden leggen, emoties aanvoelen en op situaties anticiperen, werkt AI puur op basis van data en patronen. Geen echte redenatie dus.
Dit gebrek aan echt begrip zorgt voor rare fouten, de bekende “AI-hallucinaties”, waarbij een systeem complete onzin uitkraamt. En hoe meer data we erin stoppen, hoe duidelijker het wordt: AI mist nog steeds het menselijk aanvoelingsvermogen.
Op dit moment trainen we AI door enorme hoeveelheden gegevens te verzamelen en te labelen. Een mug wordt gemarkeerd als “drinken”, een stoel als “zitten”, enzovoort. Maar zodra een object net even anders is dan wat de AI kent, raakt het systeem van slag.
Daarnaast kost het labelen bakken met tijd en geld. En zelfs dan blijft AI beperkt in zijn vermogen om flexibel te reageren in nieuwe situaties.
Geen AI-implantaten in je hoofd
Hier komt pBCI om de hoek kijken. In tegenstelling tot Neuralink, dat fysieke implantaten gebruikt, werkt pBCI compleet non-invasief. Denk aan sensoren op je hoofd die je hersenactiviteit meten terwijl jij gewoon doorgaat met je dagelijkse bezigheden.
pBCI registreert emoties zoals stress, focus en verrassing, en combineert die info met wat er om je heen gebeurt. Zo leert AI niet alleen wat er gebeurt, maar ook hoe wij mensen dat beleven.
Dat maakt een wereld van verschil. Bijvoorbeeld, in een zelfrijdende auto kan AI aanvoelen wanneer de bestuurder gespannen is omdat er een kind langs de weg speelt. In de zorg kan een robot beter inschatten of een patiënt zich ongemakkelijk voelt en daarop inspelen.
Zo leert AI niet alleen feiten, maar ook de menselijke interpretatie daarvan. En dat maakt technologie een stuk slimmer én menselijker.
Neuralink kan haar spullen pakken
Door onze mentale toestand te begrijpen, kunnen machines natuurlijker met ons communiceren. Daarnaast heeft AI met pBCI minder gelabelde data nodig om goed te leren en kan het sneller en effectiever worden ingezet. Dit maakt het ook mogelijk om minder fouten te maken. AI leert namelijk sneller de context en het gevoel achter een situatie te begrijpen, wat de betrouwbaarheid aanzienlijk vergroot.
De eerste testen zijn veelbelovend: AI-systemen die getraind zijn met pBCI kunnen complexere, menselijkere beslissingen maken. Niet op basis van droge feiten alleen, maar ook op basis van context, gevoel en intuïtie.
Dus ja, Neuralink mag dan de meeste headlines pakken, maar technologieën zoals pBCI laten zien dat er ook andere, misschien wel veel toegankelijkere, manieren zijn om AI slimmer te maken met onze hersenen. Zonder dat er een chip in je hoofd hoeft.
Elon Musk gaat deze cyborg-achtige functie testen met Neuralink